Definities

Algemene verhuurvoorwaarden (AVV): de algemene voorwaarden van DTC.

Huurder: de wederpartij van de DTC.

Huurobject: door DTC aan Huurder door middel van de overeenkomst te verhuren transportmiddel.

Huurovereenkomst: ieder tussen DTC en Huurder gesloten overeenkomst in het kader van de huur en verhuur van een Huurobject waarop de voorwaarden van toepassing zijn.

Incheck-formulier: een formulier inhoudende de conditie van het Huurobject, opgesteld door de DTC ingevuld door (vertegenwoordigers van) zowel DTC als Huurder gezamenlijk bij teruglevering van het Huurobject.

Mantelovereenkomst: een overeenkomst op lange termijn tussen DTC en Huurder waarvan de AVV integraal onderdeel uitmaken

Partij: DTC of Huurder.

Uitcheck-formulier: een formulier inhoudende de conditie van het Huurobject, opgesteld door DTC en ingevuld door (vertegenwoordigers van) zowel DTC als Huurder gezamenlijk voordat terbeschikkingstelling van het Huurobject plaatsvindt.

Terbeschikkingstelling: de feitelijke terbeschikkingstelling van een Huurobject aan Huurder.

Verhuurder: Dutch Trailer Center B.V. (DTC)

1.             Algemeen

1.1            Deze voorwaarden zijn van toepassing op alle met Dutch Trailer Center B.V. (hierna: DTC) gesloten overeenkomsten. De algemene verhuurvoorwaarden gelden ook voor alle toekomstige verhuuractiviteiten, diensten en aanbiedingen aan de Huurder, zelfs als ze niet nogmaals afzonderlijk worden overeengekomen.

1.2            Afwijkende voorwaarden van de Huurder worden door de DTC van de hand gewezen, tenzij uitdrukkelijk schriftelijk anderszins overeengekomen. Door acceptatie van de verhuuractiviteiten van DTC, is Huurder akkoord met deze AVV. Aanvullende afspraken dienen schriftelijk te worden vastgelegd om rechtsgeldig te zijn.

2.              Aanbiedingen en overeenkomsten

2.1            Alle door DTC gedane Aanbiedingen, zowel mondeling als schriftelijk, zijn vrijblijvend en bedoeld als uitnodiging tot het doen van een aanbod door Huurder.

2.2            Een Overeenkomst treedt pas in werking wanneer zowel DTC als Huurder een desbetreffende Huurovereenkomst heeft ondertekend.

3.              Ter beschikking stellen en acceptatie

3.1            DTC zal Huurder laten weten waar en wanneer het Huurobject ter beschikking zal worden gesteld. Vanaf het moment dat het Huurobject is aangekoppeld zijn alle risico’s, in het bijzonder het risico op diefstal en beschadiging, met betrekking tot het Huurobject voor rekening van Huurder.

3.2            Indien Huurder het Huurobject niet afhaalt op het in artikel 3.1 aangegeven moment, is Huurder gehouden om de in verband met deze tekortkoming bij DTC ontstane kosten, waaronder bijvoorbeeld maar niet uitsluitend de kosten voor opslag en vervoer van het Huurobject, te vergoeden. Deze kosten komen boven op de verplichting van Huurder tot betaling van de overeengekomen huurprijs en overige vergoedingen en onverminderd de verplichting het Huurobject alsnog op te halen.

3.3            DTC is, wanneer meerdere Huurobjecten worden verhuurd, gerechtigd de ter beschikking stelling daarvan in afzonderlijke gedeelten (tijdstippen en locaties) uit te voeren.

3.4            DTC is gerechtigd de verplichting tot ter beschikking stelling op te schorten, indien:
- een schriftelijke en getekende Huurovereenkomst ontbreekt;
- een (‘Uitcheck-formulier’) waarin van de staat van het Huurobject is beschreven, niet voor akkoord is ondertekend;
- Huurder niet aan haar verplichting tot betaling van een borgsom heeft voldaan indien een borgsom onderdeel is van de Huurovereenkomst.

3.5            Indien bij het ter beschikking stellen van de Huurobjecten om welke reden dan ook geen Uitcheck-formulier is opgemaakt en/of ondertekend, is DTC gerechtigd dit Uitcheck-formulier eenzijdig op te maken en aan Huurder toe te sturen. Indien Huurder vervolgens niet binnen 24 uur na toezending bezwaar maakt tegen de inhoud ervan, geldt de staat van het Huurobject zoals opgenomen in het Uitcheck-formulier als vaststaand.

4.              Huurprijs

4.1            Alle door DTC aangegeven prijzen/tarieven zijn exclusief btw, tenzij anders aangegeven.

4.2            De huurprijs wordt na iedere periode van 12 maanden geïndexeerd. Indexering vindt plaats op basis van de wijziging van het maandprijsindexcijfer volgens de consumentenprijsindex (CPI) reeks alle huishoudens (2015 = 100), gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De gewijzigde huurprijs wordt berekend volgens de volgende formule: de gewijzigde huurprijs is gelijk aan de geldende huurprijs op de wijzigingsdatum, vermenigvuldigd met het indexcijfer van de kalendermaand die ligt vier kalendermaanden voor de kalendermaand waarin de huurprijs wordt aangepast, gedeeld door het indexcijfer van de kalendermaand die ligt zestien kalendermaanden voor de kalendermaand waarin de huurprijs wordt aangepast.

5.              Gebruik van het Huurobject

5.1            Huurder is gehouden zich ten aanzien van het Huurobject te gedragen als een goed Huurder en het Huurobject te gebruiken voor het vervoer of de opslag van goederen. Het is Huurder in dit verband uitdrukkelijk verboden illegale goederen te vervoeren.

5.2            Huurder zal alle door de fabrikant en/of DTC gegeven voorschriften ten aanzien van het gebruik van het Huurobject strikt naleven, waaronder uitdrukkelijk begrepen de voorschriften ten aanzien van (de wijze van) belading. Daarenboven zal Huurder bij het gebruik van het Huurobject uitsluitend deskundig personeel inzetten, zal Huurder de te vervoeren goederen niet overmatig samenpakken, zal Huurder het Huurobject niet onevenwichtig beladen en zal Huurder geen goederen vervoeren waardoor schade kan ontstaan aan het Huurobject.

5.3            Indien maatregelen of aanvullende vergunningen noodzakelijk zijn voor gebruik van het Huurobject, dienen deze door Huurder voor rekening en risico van Huurder uitgevoerd / aangevraagd te worden. Hierbij behoeft Huurder steeds voorafgaande schriftelijke toestemming van DTC.

5.4            Huurder mag het Huurobject slechts inzetten voor activiteiten binnen de grenzen van de Lidstaten van de Europese Unie, inclusief de Zwitserse Bondsstaat en Noorwegen.

5.5            Huurder dient te allen tijde op verzoek van DTC te kunnen aantonen waar het Huurobject zich bevindt.

5.6            Het is Huurder niet toegestaan het Huurobject te verhuren of anderszins aan derden in gebruik te geven, het Huurobject te verpanden, daarop enig beperkt recht te (doen) vestigen of de rechten uit de Huurovereenkomst over te dragen.

5.7            Het is Huurder niet toegestaan om zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DTC wijzigingen aan te brengen op of aan het Huurobject. Indien Huurder hiermee in strijd handelt, is DTC gerechtigd om het Huurobject op kosten van Huurder in oorspronkelijke staat terug te brengen. Alle schade aan het gehuurde die is ontstaan als gevolg van het aanbrengen van wijzigingen zal volledig op Huurder worden verhaald.

5.8            Alle in verband met het gebruik van het Huurobject verschuldigde belastingen, accijnzen, retributies, douanerechten en overige heffingen zijn voor rekening van Huurder. Voor zover deze aan DTC in rekening zijn gebracht, zal DTC deze aan Huurder doorbelasten.

6.              (Wettelijke) keuringen, onderhoud en reparaties

6.1            Huurder is gehouden om op kosten van Huurder het Huurobject dagelijks te controleren en noodzakelijk dagelijks onderhoud uit te voeren. Onder dagelijkse controle en dagelijks noodzakelijk onderhoud wordt in ieder geval doch niet uitsluitend verstaan het controleren en indien nodig repareren/vervangen/op orde brengen van de wielmoeren, bandenspanning, verlichting, oliepeil en peil van overige vloeistoffen en overige technische zaken. Voorts is Huurder gehouden het Huurobject zowel in- als uitwendig regelmatig te wassen en te reinigen.

6.2            Huurder dient tijdig zorg te dragen voor het doen uitvoeren van de in Nederland verplichte Algemene Periodieke Keuring (APK) in de zin van de Wegenverkeerswet 1994. De kosten voor deze keuring komen voor rekening van DTC. Deze verplichting geldt ook indien het Huurobject wordt gebruikt in andere landen dan Nederland, in welk geval Huurder tevens op kosten van Huurder dient zorg te dragen voor het doen uitvoeren van eventuele in het land waarin het Huurobject wordt gebruikt van toepassing zijnde keuringen. Huurder is gehouden om binnen twee weken na het uitvoeren van de keuring(en) het keuringsbewijs aan DTC te overleggen. Een en ander tenzij in de Huurovereenkomst is overeengekomen dat deze keuring door en op rekening van DTC geschiedt.

6.3            Indien reparaties en/of ‘groot onderhoud’, anders dan het dagelijks onderhoud, aan het Huurobject noodzakelijk is, dient Huurder voorafgaand aan het uitvoeren daarvan schriftelijke toestemming te verkrijgen van DTC. Indien garantievoorwaarden op het Huurobject van toepassing zijn, is Huurder eveneens gehouden om schriftelijke bevestiging te verkrijgen van de fabrikant, waaruit volgt dat het (doen) uitvoeren van de reparatie en/of groot onderhoud geen invloed heeft op de werking van de garantie. Het aan DTC overleggen van deze bevestiging is voorwaarde voor het geven van toestemming door DTC. In alle gevallen dienen de onderdelen die ter vervanging aan het Huurobject worden aangebracht originele door of namens de fabrikant van het Huurobject vervaardigde onderdelen te zijn. Onderdelen die ter vervanging worden aangebracht worden door dit enkele aanbrengen eigendom van DTC, zonder dat Huurder recht heeft op enige restitutie.

 

6.4            Bij het voldoen aan de in dit artikel opgenomen verplichtingen is Huurder gehouden aanwijzingen van DTC op te volgen. Hieronder worden begrepen eventuele bij het Huurobject meegeleverde garantie- en of overige bepalingen van de fabrikant van het Huurobject. DTC heeft het recht om na uitvoering van keuringen, reparaties en/of onderhoud deze werkzaamheden te controleren. Indien deze naar het oordeel van DTC onvoldoende deskundig zijn uitgevoerd, heeft DTC het recht deze werkzaamheden nogmaals en op rekening van Huurder uit te (doen) voeren.

6.5            Huurder is gehouden om een register bij te houden waarin alle keuringen, reparaties en onderhoudswerkzaamheden aan het Huurobject worden bijgehouden. Huurder is gehouden dit register na ommekomst van de Huurovereenkomst aan DTC ter beschikking te stellen. Voorts is Huurder gedurende de looptijd gehouden om op verzoek van DTC inzage te geven in dit register.

6.6            Het niet voldoen aan de voorschriften zoals opgenomen in dit artikel leidt tot toerekenbaar tekortschieten van Huurder. Huurder is in dergelijke situaties gehouden de dientengevolge door DTC geleden schade te vergoeden. Hieronder wordt onder meer doch niet uitsluitend verstaan opgelegde boetes en schade als gevolg van vervallen van garantie.

7.              Betalingen en kosten

7.1            Huurder is verplicht de overeengekomen tegenprestatie (‘huurprijs’) en overige uit de Huurovereenkomst voortvloeiende kosten tijdig aan DTC te voldoen.

7.2            De huurprijs moet iedere maand vooruit worden betaald. Dit gebeurt op basis van een door DTC uitgereikte factuur.

7.3            De betaaltermijn van de door DTC verstrekte facturen bedraagt 7 dagen.

7.4            In het geval van te late betaling is Huurder aan DTC de vertragingsrente verschuldigd vanaf de vervaldag tot het moment van betaling ter hoogte van de wettelijke handelsrente. Tevens is Huurder in dat geval verplicht de buitengerechtelijke incassokosten van DTC te vergoeden ter hoogte van 15% over het niet betaalde bedrag met een minimum van EUR 40.

7.5            Indien de Huurder in verzuim is, zijn alle vorderingen van DTC op Huurder - ongeacht het bepaalde in het huurcontract en deze algemene verhuurvoorwaarden – onmiddellijk, volledig en ineens opeisbaar.

7.6            Als DTC wordt aangeslagen voor kosten die voor rekening van Huurder komen, waaronder bijvoorbeeld doch niet uitsluitend begrepen kosten uit hoofde van belastingen, overtredingen van wettelijke voorschriften zoals verkeersovertredingen, reparaties en dergelijke, zal DTC deze kosten doorbelasten aan Huurder, waarbij administratiekosten van € 15,- in rekening worden gebracht.

8.              Einde Huurovereenkomst en teruggave Huurobject

8.1            De Huurder is gehouden het Huurobject aan DTC terug te geven na het eindigen van de Huurovereenkomst.

8.2            Indien Huurder het Huurobject niet of niet tijdig teruggeeft, is Huurder over de periode vanaf het eindigen van de Huurovereenkomst tot het moment van teruggave van het Huurobject gehouden om een gebruiksvergoeding te betalen.

8.3            Bij teruggave van het gehuurde beschrijft DTC de staat van het Huurobject in een ‘Incheck-formulier’. Indien de staat van het Huurobject bij teruggave, zoals blijkt uit het Incheck-formulier, afwijkt van de staat zoals beschreven is in het in artikel 3.4 van deze algemene verhuurvoorwaarden aangehaalde Uitcheck-formulier, zal DTC op kosten van Huurder overgaan tot herstel van het Huurobject in de staat zoals deze beschreven is in het Uitcheck-formulier. Het staat Huurder uiteraard vrij om, met inachtneming van het bepaalde in artikel 6 van deze algemene verhuurvoorwaarden, voorafgaand aan de teruggave ervoor zorg te dragen dat de staat van het Huurobject gelijk is aan de staat zoals beschreven in het Uitcheck-formulier.

8.4            Bij teruggave van het Huurobject dienen tevens alle op het Huurobject betrekking hebbende papieren en formulieren aan DTC overhandigd te worden.

8.5            Indien Huurder na ommekomst / ontbinding van de Huurovereenkomst in gebreke blijft met zijn verplichting tot teruggave, is DTC gerechtigd om op kosten van Huurder het gehuurde zelf terug te (doen) halen. Huurder machtigt DTC en eventueel door DTC in te schakelen derden hierbij uitdrukkelijk en onherroepelijk om hiertoe alle plaatsen te betreden. Hieronder vallen bijvoorbeeld doch niet uitsluitend de terreinen van Huurder, alsmede de terreinen van de klanten van Huurder voor zover Huurder gerechtigd is aldaar te komen.

8.6            Indien DTC al dan niet na het eindigen van de Huurovereenkomst uit welken hoofde dan ook nog een vordering heeft op Huurder en DTC de beschikking (terug) krijgt over het gehuurde terwijl zich daarin nog goederen bevinden, ontstaat van rechtswege een pandrecht ten behoeve van DTC op die goederen. Huurder verklaart door ondertekening van de Huurovereenkomst te allen tijde beschikkingsbevoegd te zijn ten aanzien van de met het gehuurde vervoerde zaken. DTC heeft vervolgens het recht van parate executie. Indien om welke reden dan ook geen pandrecht gevestigd is of kan worden, ontstaat in ieder geval een retentierecht op deze goederen.

9.              Aansprakelijkheid huurder

9.1            Huurder is jegens DTC aansprakelijk voor alle schade aan het Huurobject.

9.2            Huurder vrijwaart DTC voor aan DTC opgelegde boetes door gedragingen of nalatigheden van Huurder.

9.3            Huurder is ten volle aansprakelijk voor beschadiging aan of diefstal van het Huurobject. Aan deze aansprakelijkheid doet niet af een door Huurder bij een externe partij afgesloten verzekering. Huurder is te allen tijde het eerste en enige aanspreekpunt voor DTC. Leidend voor het vaststellen van de hoogte van de door Huurder aan DTC te betalen schadevergoeding is de vervangingswaarde van het Huurobject op het moment dat het schadeveroorzakende feit zich heeft voorgedaan. Ter zake zal DTC aan Huurder een factuur sturen. Tot het moment van betaling van die factuur is Huurder gehouden een gebruiksvergoeding te betalen gelijk aan de laatst geldende huurprijs.

9.4            In geval van schade, diefstal en/of verlies van een Huurobject dient Huurder DTC onverwijld schriftelijk op de hoogte te stellen, waarbij Huurder alle beschikbare informatie en/of gegevens met betrekking tot de schade, diefstal en/of het verlies van het Huurobject aan DTC ter beschikking zal stellen.

9.5            Indien zich het geval voordoet als bedoeld in artikel 8.5 van deze algemene verhuurvoorwaarden, is DTC in geen geval gehouden om eventuele door Huurder geleden schade te vergoeden. Alle schade die Huurder lijdt als gevolg van het terughalen van het gehuurde blijft voor rekening van Huurder. Tegelijkertijd vrijwaart Huurder DTC voor eventuele schade als gevolg van het terughalen van het gehuurde: indien DTC door derden wordt aangesproken tot betaling van schadevergoeding die verband houdt met het terughalen van het gehuurde, zal deze schade door Huurder aan DTC worden vergoed, vermeerderd met de kosten die DTC heeft moeten maken.

10.          Aansprakelijkheid verhuurder

10.1         DTC is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van een gebrek en Huurder kan in geval van een gebrek geen aanspraak maken op huurprijsvermindering en verrekening. Onder schade wordt in dit verband, naast rechtstreekse schade, uitdrukkelijk ook begrepen gevolgschade zoals onder meer doch niet uitsluitend bedrijfsschade, gederfde winst, stagnatie- en productieschade, alsmede letselschade.

10.2         Indien DTC ondanks het bepaalde in dit artikel aansprakelijk is voor enige door Huurder geleden schade, zal de hoogte van te betalen schadevergoeding nooit groter zijn dan het bedrag dat de verzekeraar van DTC uitkeert.

10.3         De in deze algemene verhuurvoorwaarden opgenomen bepalingen ter afwering of beperking van de aansprakelijkheid, gelden eveneens voor al diegenen die al dan niet namens DTC bij uitvoering van de Huurovereenkomst betrokken zijn.

11.          Ontbinding van de Huurovereenkomst

11.1         DTC heeft het recht om de Huurovereenkomst met onmiddellijke ingang te ontbinden, indien Huurder:
- niet-behoorlijke nakoming door Huurder van zijn verplichtingen uit de overeenkomst
- aanvraag van faillissement of surseance van betaling van de Huurder;
- beslag op de gehuurde zaken door derden ten laste van Huurder
- omstandigheden bij Huurder, welke een aanmerkelijke verzwaring van het risico van DTC met zich meebrengen en/of de normale afwikkeling van de overeenkomst kunnen belemmeren
- het Huurobject niet binnen 5 dagen na ter beschikking stellen als bedoeld in artikel 3 heeft opgehaald.

11.2         Indien er sprake is van overmacht heeft DTC het recht om de overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, dan wel de uitvoering ervan op te schorten, zonder dat DTC verplicht zal zijn tot enige schadevergoeding.

11.3         Als DTC op een van de in artikel 11.1 weergegeven gronden overgaat tot ontbinding van de Huurovereenkomst ontstaat onverwijld de verplichting voor Huurder tot teruggave van het Huurobject op een wijze als vermeld in artikel 8. Teruggave dient in ieder geval te geschieden binnen drie dagen na de datum der ontbinding, bij gebreke waarvan Huurder voor iedere dag na de tweede dag der ontbinding schadevergoeding verschuldigd is van € 500,- per Huurobject.

11.4         Indien DTC op een van de in artikel 11.1 weergegeven gronden overgaat tot ontbinding van de Huurovereenkomst, is Huurder gehouden tot het betalen van schadevergoeding. De hoogte van deze schadevergoeding bedraagt ten minste een bedrag corresponderend met de huurtermijnen tot de oorspronkelijke einddatum van de Huurovereenkomst, onverminderd het recht van DTC om aanvullende schadevergoeding te vorderen.

12.          Derdenbeding

12.1         Huurder verklaart ermee bekend te zijn en voor zover nodig er mee in te stemmen dat de eigendom van het gehuurde bij een derde kan (komen te) berusten of dat het gehuurde kan zijn (of worden) verpand aan een derde, tot zekerheid van de betaling van al hetgeen deze derde van DTC te vorderen heeft of mocht hebben.

12.2         Niettegenstaande het bestaan van de onderhavige Huurovereenkomst zal Huurder het gehuurde op eerste verzoek aan de derde afgeven, zonder dat Huurder zich daarbij op enig retentierecht kan beroepen, indien en zodra de derde afgifte van het gehuurde zal vorderen op grond van een objectief aantoonbare en vaststaande niet-nakoming van de contractuele verplichtingen van DTC jegens deze derde. Als gevolg van deze opeising wordt de onderhavige Huurovereenkomst van rechtswege met onmiddellijke ingang ontbonden. Afgifte als voornoemd dient te geschieden ten kantore van de derde of op een door die derde aangewezen locatie.

12.3         Indien de situatie van artikel 12.2 zich voordoet en de derde het gebruik van het gehuurde door Huurder zou willen continueren, is Huurder verplicht om op eerste verzoek van de derde een Huurovereenkomst met de derde te sluiten voor de restant looptijd van de onderhavige Huurovereenkomst en onder gelijkluidende condities.

12.4         Partijen sluiten de toepasselijkheid van de artikelen 7:226 en 7:227 Burgerlijk Wetboek geheel uit.

12.5         Het hiervoor in artikelen 12.1 t/m 12.4 opgenomen derdenbeding kan noch door Huurder, noch door DTC worden herroepen.

13.          Verzekering en schade aan het gehuurde

13.1         De Huurder is verplicht een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten voor het Huurobject in geval het Huurobject niet automatisch van rechtswege meeverzekerd is met het trekvoertuig. Dit is onder meer het geval als er sprake is van een buitenlands (niet-Nederlands) trekvoertuig. Tevens is de Huurder verplicht een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering voor het Huurobject af te sluiten ingeval van wijziging van de huidige Nederlandse wetgeving in die zin dat het Huurobject niet meer automatisch meeverzekerd is met het trekvoertuig. Huurder is verplicht bewijs van deze verzekering op eerste verzoek aan DTC te tonen.

13.2         Tenzij schriftelijk anders overeengekomen, is Huurder verplicht om voor het Huurobject voor de looptijd van het contract op eigen kosten een aanvullende allriskverzekering af te sluiten en deze gedurende de hele looptijd te handhaven. Huurder is verplicht bewijs van deze verzekering op eerste verzoek aan DTC te tonen.

13.3         Indien aan het gehuurde schade ontstaat of door c.q. met het gehuurde schade wordt veroorzaakt is Huurder gehouden om deze schade onverwijld, doch ten minste binnen 48 uur na het ontstaan van de schade, aan DTC te melden. Hierbij dient Huurder alle op het ontstaan van de schade betrekking hebbende gegevens en formulieren -waaronder in ieder geval de gegevens van de veroorzaker van de schade, het schadeformulier en foto’s, eventueel aangevuld met stukken van de politie en getuigenverklaringen- aan DTC te doen toekomen.

13.4         Indien het ontstaan van de schade te wijten is aan Huurder, is Huurder gehouden deze schade aan DTC te vergoeden. DTC zal daartoe een taxatie van de schade (doen) uitvoeren, welke aan Huurder ter beschikking wordt gesteld. Indien Huurder het niet eens is met deze taxatie, dient Huurder binnen 5 werkdagen na verzending van het taxatierapport aan Huurder een second opinion uit te laten voeren. Laat Huurder dit na, dan geldt de door DTC gedane taxatie als vaststaand en zal DTC Huurder dienovereenkomstig belasten.

14.          Slotbepalingen

14.1         De Huurovereenkomst ziet uitsluitend op huur en verhuur. Huurder verwerft door middel van de Huurovereenkomst nimmer enig eigendomsrecht op het Gehuurde.

14.2         Aanvullingen op en wijzigingen van de Huurovereenkomst en/of de Mantelovereenkomst indien van toepassing zijn slechts bindend indien daarvan een schriftelijk, door beide Partijen ondertekend bewijsstuk is opgemaakt. DTC heeft het recht de AV eenzijdig te wijzigen; van zodanige wijziging en van de nieuwe doorlopende tekst zal Huurder onverwijld in kennis worden gesteld.

14.3         Gehele of gedeeltelijke ongeldigheid van één of meer bepalingen van de Huurovereenkomst en/of de Mantelovereenkomst indien van toepassing doet geen afbreuk aan de geldigheid of afdwingbaarheid van de overige bepalingen van die overeenkomsten.

14.4         Indien blijkens de Huurovereenkomst onder Huurder meer dan één Partij moet worden verstaan, dan is ieder van die Partijen jegens DTC hoofdelijk aansprakelijk voor al hetgeen DTC uit hoofde van de Huurovereenkomst te vorderen heeft of zal hebben. Gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van enige verplichting aan één of meer van hen, bevrijdt nimmer de overblijvende hoofdelijke schuldenaren van hun overige verplichtingen jegens DTC.

14.5         Partijen zullen de Huurovereenkomst en/of Mantelovereenkomst indien van toepassing vertrouwelijk behandelen en al het nodige ondernemen om te voorkomen dat informatie over en in verband met die overeenkomsten aan derden ter beschikking staat. Meer in het bijzonder verklaren zij geen commercieel gebruik te zullen maken van dergelijke informatie.

14.6         Op de Huurovereenkomst en de Mantelovereenkomst indien van toepassing is Nederlands recht van toepassing.

14.7         Geschillen voortvloeiende uit en/of verband houdende met de Huurovereenkomst en/of Mantelovereenkomst indien van toepassing, de totstandkoming en de uitvoering daarvan daaronder begrepen, zullen in eerste aanleg uitsluitend worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Zwolle.